In vergelijking met andere Europese landen is de prijs van de Nederlandse Big Mac, met € 3, redelijk laag. In twaalf van de 32 onderzochte landen is de Big Mac duurder dan in Nederland. De duurste Big Mac wordt dit jaar wederom in Zwitserland verkocht, hier kost de hamburger € 4,16. De Oekra? blijft het goedkoopst, met € 1,30 voor een Big Mac.
Voor het eerst in vier jaar is de prijs van een Nederlandse Big Mac gestegen, van € 2,95 naar
€ 3,= (1,7%). Gemiddeld is in Europa de prijs van een Big Mac € 2,77. De prijs in de Eurolanden ligt een behoorlijk stuk hoger, gemiddeld € 3,10. Zwitserland blijft ook dit jaar het duurste land, daar moet men € 4,16 neertellen voor en Big Mac. In vergelijking met 2007 is de Zwitserse Big Mac 6,3% duurder geworden. Voor een voordelige Big Mac kun je het beste naar de Oekra?. Daar is de hamburger nog steeds het goedkoopst, hij kost nu € 1,30.
Stijgers en dalers
Het Verenigd Koninkrijk is de grootste daler dit jaar. In 2007 stonden ze op de 13e plaats, dit jaar staan ze op de 17e plaats. Dit wordt veroorzaakt door een daling van de koers, aangezien de prijs in ponden wel is gestegen van 1,99 pond naar 2,19 pond. In Griekenland is de prijs flink gestegen, zij zijn van de 17e naar de 11e plek gegaan. Het afgelopen jaar is de Griekse Big Mac 20 cent duurder geworden. Ook de Ierse Big Mac is flink gestegen in prijs, van € 3,60 naar € 3,20. Een procentuele stijging van 12,5%. Bij onze zuiderburen steeg de prijs van € 3,40 naar € 3,60.
De Big Mac index wordt ieder jaar door van Spronsen & Partners horeca-advies uit Leiderdorp
samengesteld en verschijnt dit jaar voor de zevende keer. De Big Mac is een internationaal product, dat in ieder land van dezelfde producten en productiemiddelen wordt klaargemaakt. Hierdoor kan de prijs van de Big Mac worden gezien als ijkpunt voor de koopkracht.